om de tafel staan
de lege stoelen
naast elkaar
de ruggen recht
en in ’t gelid
de borden voor de vis
zijn uiteraard ook leeg
de dampende kom
met aardappels
is nog toekomst
in de toekomst
klinkt muziek
ongehoord getokkel
van een strijkorkest
de maten vol en ‘vrolijk’
de bloemen, ja
de bloemen, dat hoort zo
zei de bloemiste
gisteren, tegen niemand
in het bijzonder
ze zullen er zijn
genood en ongenood
allen en ieder
aanschuiven zal men
want eten moet
de messen en de woorden
zijn geslepen en bot
de botten en de taal hard
het wordt gepropt
er wordt geslikt
met volle buik
met volle glazen
gedonderpreken
met volle buik
is het goed praten
Geen opmerkingen:
Een reactie posten